Na de bevrijding lag het accent nadrukkelijk op de wederopbouw van ons land en op het herstel van de nationale saamhorigheid. De geschiedschrijving van Dr. L. de Jong, de vele delen omvattende serie Het Koninkrijk der Nederlanden tijdens de Tweede Wereldoorlog toont een scherpe scheiding tussen ‘goed’ en ‘fout’. Latere historici, zoals professor Blom en Chris van der Heijden hebben oog voor een bredere nuance.
Het Vendelhuis van de NSB aan de Schoolstraat wordt leeggehaald.
In de periode van 1990 tot 1995, toen het boek ‘Wassenaar in de Tweede Wereldoorlog’ werd samengesteld, was de groep personen die de oorlog in ons dorp had meegemaakt nog zeer groot. Burgemeester Schoute maakte zich zorgen dat het opgraven van de oorlogsgeschiedenis zou kunnen leiden tot het oprakelen van oude gevoeligheden en tegenstellingen. Het bleek erg mee te vallen: het boek gaf een neutraal getoonzette weergave van de geschiedenis, zonder ‘naming and shaming’, afgezien van de overbekende kopstukken, zoals NSB-propagandist Max Blokzijl, de NSB-burgemeester en de NSB-politiechef.
Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 1939 werd in Wassenaar 5,7% van de stemmen op de Nationaal-Socialistische Beweging (BSB) uitgebracht. Dat was 1,3% minder dan bij de in 1937 gehouden verkiezing voor de Tweede Kamer, toen 7% van de Wassenaarse stemmen naar de NSB ging. Landelijk kreeg de NSB in 1939 3,9% van de stemmen en in 1937 4,22%. Met andere woorden, de NSB in ons dorp was relatief sterk vertegenwoordigd. Kort na het begin van de Duitse bezetting steeg het aantal aanmeldingen voor de NSB, om later tijdens de oorlog weer af te nemen.
Na de bevrijding wisten de meeste inwoners van het dorp feilloos elkaars gedrag tijdens de bezetting te kwalificeren, hoewel veel verzetswerk zich buiten hun zicht had afgespeeld en dus onopgemerkt was gebleven. Hoevelen de negatieve kwalificatie ‘fout’ kregen opgespeld, valt niet vast te stellen. Het waren er zeker meer dan de ruim zeshonderd die op papier kwamen.
Het Verzet greep in mei 1945 de lang verwachte kans om 311 ‘foute Wassenaarders’ op te pakken en op te sluiten. Naar schatting was de groep, die in de volksmond diezelfde kwalificatie verdiende ruim twee keer zo groot. Van de doelgroep had overigens een deel op ‘Dolle Dinsdag’(5 september 1944) Wassenaar in oostelijke richting verlaten, zodat zij in mei 1945 niet in het dorp verbleven. Van de ruim 60 mannen/jongens, die in dienst van de Waffen-SS waren getreden, waren er 21 gesneuveld; de overigen verbleven in krijgsgevangenschap. Zij verloren het Nederlanderschap. Ruim 160 andere Wassenaarders verloren eveneens het Nederlanderschap, omdat zij op de een of andere wijze gewapende dienst hadden verricht, zoals bij de Weerafdeling of de Landwacht.